Beschrijving: Drever

De Drever is een Zweedse hondenras dat behoort tot de lopende honden en werd oorspronkelijk gefokt voor de jacht op dassen en herten. De Drever staat bekend om zijn aanpassingsvermogen, uithoudingsvermogen en rustige, vriendelijke aard. Met zijn korte poten en lange lichaam lijkt hij een beetje op een kleine Basset, maar hij is atletischer en energieker. Dankzij zijn stabiele karakter en het feit dat hij goed overweg kan met kinderen, is de Drever ook een prettige gezelschapshond. Deze hond is intelligent en leert graag, hoewel hij soms eigenwijs kan zijn. Hij heeft een korte vacht die weinig verzorging vergt en hij past zich goed aan aan het gezinsleven. Drevers hebben dagelijks beweging nodig om gezond te blijven, maar hun lange wandelingen hoeft niet extreem te zijn. Ze blaffen meestal niet overdreven, tenzij ze worden geprikkeld. Zijn vriendelijke en zachtaardige aard maken hem tot een fijne huisgenoot voor gezinnen met kinderen.

Drever

Drever beoordelingen

Dagelijkse beweging
Vachtverzorging
Eerste eigenaar
Verharen
Blaffen
Kindvriendelijk
Gehoorzaamheid
Waakhond

Eigenschappen

De Drever is een hondenras dat oorspronkelijk uit Zweden komt en speciaal is gefokt voor de jacht op hertachtig wild, zoals reeën. De Drever is herkenbaar aan zijn relatief korte poten in verhouding tot het lichaam, een erfelijke eigenschap die het mogelijk maakt om dicht bij de grond te werken en lang op het spoor te blijven van wild. Het ras is bijzonder populair in Scandinavië vanwege zijn uitstekende speurkwaliteiten en het vermogen om in uiteenlopende terreinen te werken, van dichte bossen tot open velden.

Qua uiterlijk heeft de Drever een langgerekt lichaam, korte en krachtige poten, en een goed ontwikkelde borstkas. De vacht is kort tot middellang, dicht en weerbestendig, waardoor de hond ook in slechte weersomstandigheden probleemloos kan werken. De kleurvariaties zijn divers, meestal met witte aftekeningen op poten, nek, borst en staart.

Wat het karakter betreft, staat de Drever bekend om zijn energieke, moedige en vriendelijke aard. Deze hond is intelligent, leergierig en geduldig, wat hem tot een uitstekende metgezel maakt voor actieve gezinnen of mensen die graag buiten zijn. Omdat Drevers van nature jachthonden zijn, hebben ze een sterk jachtinstinct en een uitstekende neus, waardoor ze zelfs de zwakste geuren kunnen volgen over grote afstanden.

Het sociale karakter van de Drever zorgt ervoor dat hij goed met andere honden omgaat, en meestal kan hij het ook goed vinden met kinderen. Toch is het belangrijk om Drevers voldoende te socialiseren en actief bezig te houden, want als ze zich vervelen kunnen ze destructief gedrag vertonen of proberen uit te breken.

De Drever is relatief makkelijk te trainen, mits de training consequent en positief is. Hij is gevoelig voor stemmingen van zijn baasje en houdt van samenwerken. Wel moet rekening gehouden worden met zijn zelfstandigheid en koppigheid, typisch voor jachthonden. Regelmatig beweging, mentale stimulatie en geurenwerk zijn essentieel om deze hond gelukkig en gezond te houden.

De Drever vraagt weinig onderhoud qua verzorging en staat bekend om zijn robuuste gezondheid. Routinematige controles bij de dierenarts en basiszorg zijn meestal voldoende. Het ras is in Nederland nog relatief zeldzaam, maar groeit in populariteit onder jachtliefhebbers en actieve gezinnen.

Uiterlijk

De Drever is een relatief kleine, langgerekte en laagbenige jachthond die afkomstig is uit Zweden. Zijn algehele uiterlijk wordt vaak omschreven als krachtig, stevig en functioneel, ondanks zijn compacte formaat. De typische hoogte bij de schoft varieert tussen de 32 en 38 centimeter, wat deze hond tot de kleinste zweedse brak maakt. Het lichaam is duidelijk langer dan hoog, waardoor de Drever een uitgesproken rechthoekig silhouet heeft. Deze lichaamsbouw is kenmerkend voor het ras en zorgt voor zijn grote wendbaarheid en stabiliteit tijdens het werk in dicht struikgewas.

De vacht van de Drever is kort, dicht, en grof van structuur, wat hem goed beschermt tegen het ruige Scandinavische klimaat. De ondervacht is zacht en dicht. De vacht is in verschillende kleuren toegestaan, maar het meest voorkomend zijn driekleurenpatronen — meestal wit gecombineerd met zwart en geel of bruin. Typisch zijn witte aftekeningen op de poten, borst, staartpunt en soms op de kop.

Het hoofd van de Drever is vrij langwerpig met een lichte stop (overgang van het voorhoofd naar de snuit), een rechte neusrug en vrij grote, uitdrukkingsvolle, amandelvormige ogen. Zijn oren zijn middelgroot, breed aanzet en hangen dicht tegen het hoofd. De neus is meestal zwart van kleur, en de kaaklijn is sterk met een schaargebit.

De rug is stevig en recht, met een licht aflopende croupe naar een middellange staart die laag gedragen wordt, vaak met een lichte boog. De benen zijn kort maar gespierd, met stevige gewrichten en ovale voeten die goed gesloten zijn. Dankzij deze bouw kan de hond zich gemakkelijk voortbewegen, zelfs door dicht struikgewas en ruw terrein.

Over het geheel genomen straalt de Drever kracht, uithoudingsvermogen en een vriendelijke uitdrukking uit. Zijn fysieke kenmerken zijn voornamelijk gevormd door zijn gebruik als jachthond voor het opsporen en volgen van wild, en zijn energieke uitstraling getuigt daar duidelijk van. Ondanks zijn geringe formaat doet de Drever qua verschijning beslist niet onder voor andere werkhonden.

Geschiedenis

De Drever is een hondenras dat zijn oorsprong vindt in Zweden en wordt vooral gewaardeerd als jachthond, met name voor de jacht op herten en hazen. De geschiedenis van de Drever begint aan het einde van de 19e en het begin van de 20e eeuw. Het ras ontstond uit kruisingen tussen verschillende soorten brakken uit Duitsland, die bekend stonden als Westfaalse Dachsbracke, en lokale Zweedse honden.

In Zweden ontstond behoefte aan een hond die effectief kon werken in het uitdagende Scandinavische landschap. Jagers zochten een langbenige en toch korte, stevige hond die gemakkelijk kon volgen en wild kon opdrijven zonder de dieren uit het zicht van de jagers te jagen. Het belangrijkste wild was vooral reeën, die schichtiger en moeilijker te benaderen zijn dan ander wild. Door het inkruisen met de Westfaalse Dachsbracke en gerichte selectie ontstond een nieuwe hond: de Zwergbracke, die later bekend werd als de Drever. De naam Drever werd in 1947 officieel erkend door de Zweedse kennelclub.

De naam 'Drever' verwijst naar het Zweedse woord ‘drev’, dat ‘jagen’ betekent, wat perfect past bij het oorspronkelijke doel van de hond. De Drever werd zeer populair in Zweden vanwege zijn uitstekende jachteigenschappen, vooral op ree, maar ook op ander kleinwild zoals haas en soms zelfs wilde zwijnen.

Het ras wordt in Scandinavië nog steeds geprezen om zijn uithoudingsvermogen, intelligentie en uitstekende neus, waardoor hij wild op een rustige maar doeltreffende manier kan volgen. Door zijn rustige aard jaagt de Drever het wild niet ver weg, wat een groot voordeel is bij de jacht.

Buiten Scandinavië is het ras minder bekend, hoewel er ook in andere Europese landen kleine populaties bestaan. De Drever blijft echter vooral een functionele jachthond, geliefd om zijn aanpassingsvermogen en vriendelijke karakter. Hoewel hij tegenwoordig ook als gezelschapshond wordt gehouden, blijven zijn jachtinstincten duidelijk aanwezig. De Drever is een levendig stukje Zweedse jachtgeschiedenis die tot op de dag van vandaag een belangrijke rol speelt in de jachttradities van het land.

Bekijk alle Drever te koop

Grootte 32-38
Gewicht 14-16