De Oostenrijkse Zwarte en Tan Hound, ook bekend als de Österreichische Glatthaarige Bracke, is een middelgrote jachthond afkomstig uit Oostenrijk. Het ras staat bekend om zijn scherp reukvermogen en wordt traditioneel gebruikt voor het opsporen en volgen van wild in bergachtige gebieden. Het ras heeft een kenmerkende korte, dichte vacht die zwart is met duidelijke tan (roestbruine) aftekeningen. De Oostenrijkse Zwarte en Tan Hound is levendig, intelligent en rustig in huis, maar vraagt wel om voldoende beweging en uitdaging. Hij is doorgaans vriendelijk van aard en kan goed overweg met kinderen en andere honden. Dankzij zijn stabiele karakter en trainbaarheid is hij geschikt voor ervaren en minder ervaren hondenbezitters, mits er wordt voldaan aan zijn behoefte aan dagelijkse activiteit en mentale stimulatie.
De Oostenrijkse Zwarte en Tan Hound, ook wel bekend als de Österreichische Schwarzer & Tan Bracke, is een middelgrote jachthond die zijn oorsprong vindt in Oostenrijk. Dit ras staat bekend om zijn robuuste bouw, levendige karakter en uitzonderlijke reukvermogen, wat hem tot een ideale metgezel voor jagers maakt. Het ras is voornamelijk gefokt voor de jacht op klein wild zoals hazen en vossen, waarbij zijn vermogen om zelfstandig te werken bijzonder gewaardeerd wordt door jagers.
Wat betreft het uiterlijk, heeft deze hond een krachtige en atletische lichaamsbouw met goed ontwikkelde spieren. Hij heeft een zwarte, glanzende vacht met duidelijke tan-kleurige (kastanjebruine) aftekeningen op de poten, borst en boven de ogen. De vacht is kort, dicht en glad, wat hem beschermt tegen diverse weersomstandigheden in het stevige, vaak bergachtige terrein van Oostenrijk. De oren zijn middelgroot, breed aangezet en hangen langs het hoofd naar beneden, wat kenmerkend is voor het ras.
Qua karakter is de Oostenrijkse Zwarte en Tan Hound aanhankelijk, intelligent en energiek. Zij zijn trouwe gezelschapsdieren, hoewel ze een zekere onafhankelijkheid behouden die nodig is tijdens het jagen. Dit ras vereist voldoende beweging en mentale stimulatie, en zonder deze uitdaging kan hun intelligentie resulteren in eigenzinnig gedrag. Ze zijn doorgaans vriendelijk tegen mensen en andere honden, hoewel hun jachtinstinct sterk aanwezig blijft.
De Oostenrijkse Zwarte en Tan Hound staat bekend als relatief gezond, met weinig erfelijke aandoeningen wanneer verantwoord gefokt. Hun levensverwachting ligt doorgaans tussen de 12 en 14 jaar. Door hun korte vacht is de verzorging eenvoudig en volstaat wekelijks borstelen om de vacht in goede conditie te houden. Het is een ras dat zich het beste voelt in een omgeving waar hij veel kan bewegen, bij voorkeur op het platteland of met een actief baasje dat veel buiten is.
Samenvattend is de Oostenrijkse Zwarte en Tan Hound een loyale, robuuste en energieke jachthond met een fraaie uitstraling en een sterk karakter. Deze hond is minder geschikt voor mensen in een kleine woonruimte of voor mensen die een passieve hond zoeken, maar vormt een waardevolle metgezel voor actieve mensen en jagers.
De Oostenrijkse Zwarte en Tan Hound, in het Nederlands ook wel bekend als de Oostenrijkse Zwarte en Bruine Brak of Österreichischer Schwarzer & Tan Bracke, is een middelgrote jachthond uit Oostenrijk met een opvallende verschijning. Het meest kenmerkende aan deze hond is de zwarte vacht met tan (roestbruine) aftekeningen aan de onderzijde van de snuit, boven de ogen (de zogeheten "wenkbrauwvlekken"), op de borst, het onderlichaam en aan de poten. De vacht is kort, glad en dicht, wat zorgt voor bescherming tegen de weerselementen, belangrijk voor een hond die oorspronkelijk werd gefokt voor het werk in de Oostenrijkse bergen.
Het hoofd van de Oostenrijkse Zwarte en Tan Hound is goed geproportioneerd, met een licht gewelfde schedel en een duidelijke, maar niet overdreven stop. De neus is zwart en breed met goed geopende neusgaten, wat wijst op een uitstekend reukvermogen. De ogen zijn middelgroot, donkerbruin en stralen een intelligente, waakzame en enigszins vriendelijke uitdrukking uit. De oren zijn hoog aangezet, plat en tamelijk lang, doorgaans dicht tegen het hoofd hangend.
De lichaamsbouw van dit ras is krachtig en langgerekt, maar nooit zwaar of grof. De rug is sterk en recht, terwijl de lendenen gespierd zijn. De achterhand is eveneens krachtig, met goed gehoekte dijen en stevige, gesloten voeten — eigenschappen die een uitstekende bergbeklimmer van deze hond maken. Zijn borst is diep, reikt tot aan de ellebogen, en geeft het dier het nodige uithoudingsvermogen en de longcapaciteit voor langdurig werken.
De staart van de Oostenrijkse Zwarte en Tan Hound is middellang, dik bij de aanzet en loopt taps toe, in rust laag gedragen en licht gebogen. De tan-kleurige markeringen zijn altijd hetzelfde patroon en scherp afgetekend. De schofthoogte varieert tussen de 48 en 56 cm, met een gewicht dat past bij zijn gestalte maar over het algemeen tussen de 15 en 22 kilo ligt.
De algemene indruk is die van een robuuste, elegante en atletische hond, die kracht, uithoudingsvermogen en snelheid uitstraalt zonder lomp te ogen. Zijn functionele bouw verraadt een geschiedenis als onverschrokken en betrouwbare jachthond die moeiteloos door ruw terrein kan bewegen. Het uiterlijk is uniek en onderscheidt zich door het opvallende kleurpatroon, en ondanks zijn bescheiden populariteit buiten Oostenrijk, wordt hij gewaardeerd door kenners om zijn schoonheid en werkkwaliteiten.
De Oostenrijkse Zwarte En Tan Hound, lokaal bekend als de Österreichische Schwarzer und Tan Bracke, is een relatief oude hondenras afkomstig uit Oostenrijk. Deze jachthond behoort tot de zogenaamde Bracken, een verzamelnaam voor speur- en jachthonden die oorspronkelijk in Centraal-Europa ontwikkeld zijn. De oorsprong van de Oostenrijkse Zwarte En Tan Hound gaat waarschijnlijk terug tot de middeleeuwen, waar soortgelijke honden reeds door edelen en professionele jagers werden gebruikt voor het opsporen en achtervolgen van wild.
De rasontwikkeling werd bepaald door de behoefte aan een robuuste, wendbare hond die lange afstanden en moeilijk terrein in de Oostenrijkse Alpen kon trotseren. Vermoed wordt dat de Oostenrijkse Zwarte En Tan Hound ten dele is voortgekomen uit de keltische Bracke, mogelijk gekruist met lokale jachthonden en invloed van zuidelijke speurhonden. In tegenstelling tot sommige andere Bracken, kreeg de Oostenrijkse Zwarte En Tan Hound een zeer specifiek uiterlijk: diepzwart van kleur met opvallende tan-kleurige (roestbruine) aftekeningen, vooral aan de poten, snuit en boven de ogen.
In de 19e eeuw begon men meer aandacht te geven aan rasstandaardisatie, waarbij jagers en fokkers samenwerkten aan het vastleggen van gewenste eigenschappen, zoals uithoudingsvermogen, een fijne neus en een betrouwbare aard. Dit resulteerde in de eerste officiële rasstandaard rond 1884, en het ras werd in 1954 officieel erkend door de Fédération Cynologique Internationale (FCI). Doorheen zijn geschiedenis heeft de Oostenrijkse Zwarte En Tan Hound voornamelijk dienst gedaan als jager op haas, vos en wild zwijn, waarbij zijn vastberaden speurzin en robuustheid bijzonder gewaardeerd werden.
Momenteel is dit ras eerder zeldzaam buiten zijn thuisland Oostenrijk, maar het blijft populair onder lokale jagers. Dankzij zijn rijke geschiedenis en trouw karakter wordt de Oostenrijkse Zwarte En Tan Hound beschouwd als een levend erfgoed van de Oostenrijkse jachttraditie. Ondanks de veranderende rol van de jachthond in moderne tijden, bewaren fokkers en liefhebbers de raszuiverheid door selectief te fokken volgens de oorspronkelijke standaarden. Dit maakt van de Oostenrijkse Zwarte En Tan Hound niet alleen een functionele werkhond, maar ook een belangrijk cultureel symbool.