De Oud-Duitse Herdershond is een majestueuze en intelligente hondensoort met een rijke geschiedenis. Deze hond lijkt veel op de bekende Duitse Herdershond, maar valt op door zijn langere, vaak weelderige vacht. De Oud-Duitse Herdershond stamt af van de oorspronkelijke herdershonden die in Duitsland werden gefokt voor het hoeden en beschermen van vee. Het ras staat bekend om zijn loyale, vriendelijke en evenwichtige karakter. Ze zijn uitermate geschikt als gezinshond en werken graag samen met hun eigenaar. Dankzij hun hoge intelligentie zijn ze makkelijk te trainen en doen ze het uitstekend in verschillende hondensporten. De Oud-Duitse Herdershond heeft baat bij voldoende beweging en geestelijke uitdaging. Door hun sociale karakter kunnen ze goed overweg met kinderen en andere huisdieren. Het zijn waakzame honden die hun gezin beschermen zonder overmatig waaks te zijn. Door hun bijzondere uiterlijk en fijne karakter zijn ze een geliefde keuze bij hondenliefhebbers.
De Oud-Duitse Herdershond, ook wel bekend als de Altdeutscher Schäferhund, is een hondenras dat nauw verwant is aan de Duitse Herder, maar zich onderscheidt door enkele unieke eigenschappen. Dit ras is oorspronkelijk gefokt in Duitsland en heeft zijn wortels in de traditionele herdershonden die over de eeuwen heen werkten met schapen en ander vee. Wat de Oud-Duitse Herdershond bijzonder maakt, is zijn robuuste bouw, lange, volle vacht en evenwichtige temperament.
De vacht van de Oud-Duitse Herdershond is lang, dicht en vaak halflang tot langharig, met een goed ontwikkelde ondervacht. Dit biedt bescherming tegen alle weersomstandigheden, waardoor deze hond uitermate geschikt is voor het buitenleven. De kleuren variëren, maar zwart-bruin en zwart zijn het meest voorkomend.
Het karakter van de Oud-Duitse Herdershond is vriendelijk, loyaal en aanhankelijk tegenover het gezin. Deze honden staan bekend om hun intelligentie en trainbaarheid. Ze leren snel en zijn graag bezig met verschillende taken of hondensporten zoals agility, mantrailing of speuren. Door hun geschiedenis als werkhond hebben ze een groot uithoudingsvermogen en vinden ze het prettig om zowel mentaal als fysiek bezig te zijn.
De Oud-Duitse Herdershond is van nature waakzaam en beschermend tegenover zijn familie, zonder overdreven agressief te zijn. Dit maakt hem tot een uitstekende waakhond, maar hij zal doorgaans voorzichtig zijn met vreemden. Het ras staat bekend om zijn stabiele zenuwen en zijn evenwichtige aard, mits hij goed gesocialiseerd en opgevoed wordt vanaf jonge leeftijd.
Qua gezondheid is de Oud-Duitse Herdershond over het algemeen robuuster dan sommige andere varianten van de herdershonden, maar net als andere grote rassen kan hij gevoelig zijn voor heupdysplasie of andere gewrichtsproblemen. Regelmatige beweging, een uitgebalanceerd dieet en preventieve medische controles zijn belangrijk voor een lang en gezond leven.
Samenvattend is de Oud-Duitse Herdershond een veelzijdige, trouwe en energieke hond die zich goed aanpast aan zowel een actieve gezinssituatie als aan taken in het werkveld. Door hun aanhankelijke karakter en hun intelligentie zijn ze geliefd bij hondenliefhebbers die bereid zijn tijd en energie te investeren in het opvoeden en trainen van deze prachtige hond.
De Oud-Duitse Herdershond is een opvallende en elegante hond met een krachtig, maar tevens harmonieus gebouwd lichaam. Het ras onderscheidt zich door zijn lange, dichte vacht die vaak licht golvend is, wat zorgt voor een imposant en statig uiterlijk. De beharing is het meest kenmerkend voor deze herdershond: het is langer dan bij de standaard Duitse herdershond en vormt weelderige bevedering aan de oren, poten, borst, staart en broek.
De vachtkleuren kunnen zeer gevarieerd zijn. Veelvoorkomende kleuren zijn zwart, zwartbruin, verschillende schakeringen van wolfsgrauw en sable, maar ook geheel zwarte exemplaren worden regelmatig gezien. De vacht moet altijd een dichte ondervacht hebben die de hond beschermt tegen kou en regen, waardoor hij prima buiten kan werken in verschillende weersomstandigheden.
Het hoofd van de Oud-Duitse Herdershond is krachtig, met een licht gewelfde schedel en een matig lange snuit die naar voren taps toeloopt. De oren zijn gemiddeld van grootte, rechtopstaand en staan wat verder uit elkaar ten opzichte van het hoofd, wat bijdraagt aan de alerte uitdrukking. De ogen zijn middelgroot, amandelvormig en donker van kleur, wat de hond een intelligente en levendige blik geeft.
Het lichaam is licht gestrekt, gespierd en toch elegant, met een stevige rug en een goed gevormde borst. De poten zijn recht en stevig met goed ontwikkelde spieren, waardoor de Oud-Duitse Herdershond moeiteloos lange afstanden kan afleggen. De staart is lang, bossig behaard en wordt in een lichte boog gedragen, vaak met de punt net niet helemaal naar boven of zijdelings gebogen.
Over het algemeen straalt de Oud-Duitse Herdershond adel, kracht en souplesse uit, zonder grof of log te worden. Dankzij zijn robuuste postuur, fraaie vacht en evenwichtige bouw is de hond niet alleen een indrukwekkende verschijning, maar ook uitermate geschikt voor uiteenlopende taken, zoals het bewaken van kuddes, sportactiviteiten of als betrouwbare familie- en werkhond.
De Oud-Duitse Herdershond, ook wel bekend als de 'Altdeutscher Schäferhund', vindt zijn oorsprong in Duitsland en heeft een rijke geschiedenis die teruggaat tot de 19e eeuw. Deze honden werden oorspronkelijk gefokt als werkhonden op boerderijen en herdersgebieden, waar ze werden ingezet bij het hoeden en beschermen van schapen en andere vee. De Oud-Duitse Herdershond vertegenwoordigt eigenlijk een verzameling van oude, landstreekgebonden typen herdershonden die zich vóór de standaardisatie van het moderne Duitse Herdershondenras (rond 1899) ontwikkelden.
Het verschil tussen de Oud-Duitse Herdershond en de bekende Duitse herder is vrij duidelijk. De Oud-Duitse Herdershond is niet ontstaan uit fokkerij op uiterlijk of op prestaties in shows, maar uit eeuwenlange selectie op werkcapaciteit, uithoudingsvermogen en karaktereigenschappen die essentieel waren voor herdershonden. Het gaat vaak om dieren met een wat langere en vaak ook vollere vacht, een iets andere bouw en een rustige, stabiele aard. Ze kunnen ook variëren in kleur, maar zwart en zwart-bruine tinten komen het meest voor.
In tegenstelling tot de 'moderne' Duitse herder, die aan het begin van de 20e eeuw onder leiding van Max von Stephanitz doelgericht werd gefokt en gestandaardiseerd, bleef de Oud-Duitse Herdershond bestaan binnen regionale en functionele lijnen. Herders in uiteenlopende delen van Duitsland hielden vast aan hun eigen foklijnen die in de praktijk hun nut hadden bewezen. Hierdoor bleven verschillende types behouden, zoals de Langstokharige, de Kortharige en soms zelfs ruwharige variëteiten.
Pas aan het eind van de 20e eeuw werd de Oud-Duitse Herdershond weer expliciet erkend als een eigen ras, los van de Duitse herder. Dit gebeurde omdat steeds meer liefhebbers het belang zagen van het behouden van deze natuurlijke, minder gestandaardiseerde lijn, met het originele karakter en het werkinstinct van de echte herdershonden. In Duitsland en ook in Nederland en België zijn er inmiddels verenigingen die zich inzetten voor het behoud van de Oud-Duitse Herdershond. Zij fokken deze honden bewust op gezondheid, karakter en het oorspronkelijke type.
Tegenwoordig is de Oud-Duitse Herdershond geliefd als familiehond én als werkhond. Ze worden nog steeds ingezet bij het hoeden van schapen, maar ook als therapiehond, reddingshond of in de hondensport. Hun trouwe, stabiele aard en hoge intelligentie maken hen gewaardeerde metgezellen, zowel voor herders als voor gezinnen.